Foto: Laurens Wiggers tijdens het plaatsen van een Neodent Titanium implantaat
Als implantoloog sta je altijd voor keuzes. De ene patiënt vraagt om de esthetiek van een perfecte glimlach, de andere heeft complexe anatomische uitdagingen die niets minder dan absolute duurzaamheid vereisen.
In dit speelveld van verwachtingen en technologische vooruitgang zijn de materialen waar we op vertrouwen van groot belang. Al jaren is titanium de basis waarmee ik werk in mijn praktijk (CIET.nl), maar steeds vaker werken we ook met zirkonium als goed of beter alternatief. Dus waar staan we nu, en waar gaan we heen? Wat is de toekomst van implantologie?
Titanium: Het onmiskenbare werkpaard
Titanium heeft door de decennia heen zijn sporen verdiend. Het is niet zomaar een materiaal, je kunt er doorgaans blind op vertrouwen. De manier waarop titanium osseointegratie bevordert, is bijna ongeëvenaard. Botcellen lijken zich aan titanium te hechten alsof het een natuurlijk deel van het lichaam is. Dit maakt het tot een favoriet bij complexe casussen waarbij stabiliteit een absolute prioriteit is. Of je nu een volledige brug op zes implantaten plaatst of een enkele kroon in de molaarregio – titanium biedt keer op keer de stevigheid die nodig is.
Maar ondanks deze robuustheid zijn er nuances. In situaties waar het tandvlees dun is, kan de grijze kleur van titanium doorschemeren, iets dat vooral in de esthetische zone als een uitdaging wordt ervaren. Bovendien wordt titanium soms genoemd in de context van peri-implantitis, hoewel dit vaak eerder aan biologische factoren dan aan het materiaal zelf te wijten is.
Zirkonium: Een esthetisch en biologisch alternatief
Zirkonium voelt aan als de zeer goede innovatie en goed alternatief voor titanium. Het materiaal combineert esthetiek en functionaliteit op een manier die patiënten direct aanspreekt. De witte kleur sluit perfect aan bij de natuurlijke tinten van het gebit, waardoor je als implantoloog vrijwel nooit te maken krijgt met doorschijnendheid van het implantaat door dun tandvlees. Het is een oplossing die vooral in de esthetische zone – de regio waar iedere millimeter telt – ongeëvenaard is.
Een andere goede eigenschap van zirkonium is de weerstand tegen bacteriële ophoping. In theorie zou dit het risico op peri-implantitis kunnen verminderen. Hoewel titanium hier ook goed presteert, is zirkonium qua oppervlak samenstelling anders: gladder en minder vatbaar voor biofilmvorming. Dit geeft het materiaal een interessante voorsprong, vooral in gevallen waarbij een patiënt al gevoelig is voor ontstekingen.
De praktijk van keuzes
In mijn praktijk zijn titanium en zirkonium geen concurrenten, maar complementair aan elkaar. Elke patiënt brengt zijn eigen verhaal, zijn eigen anatomie en zijn eigen verwachtingen. Het is aan ons om die factoren te vertalen naar een behandelplan dat niet alleen medisch effectief is, maar ook tegemoetkomt aan de persoonlijke wensen van de patiënt.
Denk bijvoorbeeld aan de jonge vrouw die een implantaat nodig heeft in de frontregio. Haar grootste zorg? Dat niemand ooit zal merken dat ze een implantaat heeft. In zulke gevallen biedt zirkonium een bijna perfecte esthetische oplossing. Aan de andere kant kan een oudere patiënt met uitgebreide bruggen en jarenlange belasting juist meer baat hebben bij de bewezen stabiliteit van titanium. Het draait allemaal om maatwerk – en dat is wat implantologie zo’n fascinerend vak maakt.
In mijn praktijk heb ik door de jaren heen met verschillende implantaattypen gewerkt, elk met hun eigen eigenschappen en toepassingsmogelijkheden. Lange tijd was ik vooral vertrouwd met Camlog titanium implantaten, die bekendstaan om hun uitstekende osseointegratie en duurzaamheid. Toch kijk ik altijd vooruit en blijf ik nieuwe opties verkennen.
Sinds twee jaar gebruik ik steeds vaker Neodent implantaten, waarbij ik zowel titanium- als zirkoniumvarianten heb toegepast. Mijn eerdere ervaring met de Neodent Zi gaf al een goed beeld van de mogelijkheden van zirkonium, maar recent ben ik ook gestart met het toepassen van Camlog zirkoniumimplantaten. Het combineren van mijn kennis met titanium en de esthetische voordelen van zirkonium geeft mij nieuwe inzichten in hoe ik maatwerkoplossingen kan bieden voor uiteenlopende casussen. Elk systeem en elk materiaal vraagt om een specifieke aanpak, en juist dat maakt ons vak zo uitdagend én waardevol.
De toekomst van implantologie
Als ambassadeur van EACim zie ik dagelijks hoe innovaties ons vakgebied transformeren. De opkomst van zirkonium betekent niet dat titanium zijn plaats zal verliezen, maar het biedt ons als implantologen een breder scala aan mogelijkheden. Beide materialen hebben hun eigen kracht, en het is onze taak om die kracht te benutten in het belang van onze patiënten.
Zullen we ooit een definitieve winnaar zien in de “strijd” tussen titanium en zirkonium? Waarschijnlijk niet. Wat we wél zien, is dat deze materialen elkaar aanvullen en samen een toekomst vormen waarin implantologie steeds verfijnder en patiëntgericht wordt.
Als ambassadeur van EACim wil ik jullie aandacht vragen voor de EACim wetenschappelijke dag over dit onderwerp. Klik hier voor meer informatie.
Laurens Wiggers – Implantoloog
